- Stichting Behoud Erfgoed
Nieuwsbrief, Brief aan OVP en Gemeente, 5 November
Beste Vaartbewoners, deelnemers, steunbetuigers en belangstellenden,
Inzake het Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen hebben wij 2 november jl. bijgaande brief verzonden naar de Provincie Noord-Holland, op verzoek van de heer Dion Ket, Programma Manager OVP.
Op zijn verzoek worden hiermee de standpunten van onze Stichting ingebracht bij de regie- en stuurgroep. Onze bezwaren, zorgen en breed gedragen tegenstand tegen de recreatievaart plannen in de ’s-Gravelandse Vaart, zijn duidelijk verwoord. Het doel is om de regie- en stuurgroep op basis van valide argumenten te overtuigen en hiermee de mogelijkheid te scheppen, de scope van het project uit te breiden. Ons uiteindelijke doel is het deelproject “Vaarverbinding ’s-Gravelandse Vaart” te vervangen door een breder gedragen alternatief.
Om de procesgang zuiver te houden hebben wij deze brief tevens ter beschikking gesteld aan onze Gemeenteraad en wordt deze onder de aandacht gebracht van de nieuwe burgemeester mevrouw Crys Larson.
We sturen hem als nieuwsbrief rond zodat jullie ook volledig zijn geïnformeerd.
---------------------------------------------------------------------------------------------
Geachte heer Ket, beste Dion,
In ons telefoongesprek van 28 oktober 2019 heeft u aangegeven op 20 november a.s. de Stuurgroep te willen voorstellen het (deel)plan uit het Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen, namelijk de“Vaarverbinding ’s-Gravelandse Vaart”, in het vervolgtraject op een andere wijze vorm te geven. Het resultaat moet zijn dat het project een andere scope krijgt: van nu een beperkt “ja voor of nee tegen” de Vaarverbinding ‘s-Gravelandse Vaart, naar een bredere kijk, meer gericht op een ruimere recreatieve impuls voor het gebied ’s-Graveland/Kortenhoef. Voor de invulling ervan wordt bewoners en andere betrokkenen ruimte gegeven voor het benoemen en onderzoeken vanalternatieven die verder gaan dan alleen een vaarverbinding in de ’s-Gravelandse Vaart.
Graag geven wij gehoor aan uw verzoek u, uit naam van onze Stichting, deze brief te sturen die als input kan dienen voor uw bovengenoemd voorstel aan de Stuurgroep. Onderstaand komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Aanleiding voor de oprichting van onze Stichting,
- Onze bezwaren tegen het plan de ’s-Gravelandse Vaart bevaarbaar te maken voor
recreatievaart,
- Onze zorgen over de gang van zaken rondom het plan,
- Aantal donateurs en steunbetuigers van onze Stichting,
- Onze inbreng in het aangepaste vervolgtraject.
Aanleiding voor het oprichten van de Stichting is ons bezoek aan een door de Gemeente Wijdemeren georganiseerde voorlichtingsbijeenkomst medio mei 2019. Wij zijn ons toen, net als demeeste bezoekers/bewoners “rot geschrokken”. De plannen voor het bevaarbaar maken van de ’s- Gravelandse Vaart werden nadrukkelijk als “akkoord” gepresenteerd maar bewoners zijn jarenlangniet betrokken of geïnformeerd. Na een eerste inventarisatie en onderling overleg hebben wij als bewoners langs de ’s-Gravelandse Vaart (Noorder- en Zuidereinde, Emmaweg, Koninginneweg en Cannenburgerweg) op 18 juni 2019 de Stichting Behoud Erfgoed ’s-Gravelandse Vaart opgericht. Onze volledige statuten hebben wij u reeds eerder ter beschikking gesteld.
Twee belangrijke doelstellingen uit de Akte van Oprichting zijn:
Het voorkomen van openstelling van de ’s-Gravelandse Vaart voor recreatievaart en de
hiermee samenhangende herinrichting van de oevers, sluizen en bruggen;
Het beschermen en bewaren van het erfgoed aan en rond de ’s-Gravelandse Vaart.
De bezwaren van de Stichting richten zich in het algemeen op de vele nadelige gevolgen van hettoestaan van recreatievaart in de ‘s-Gravelandse Vaart, namelijk: een ontoelaatbare aantasting van flora en fauna, het cultureel erfgoed, de oevers, de funderingen van monumentale woningen, de leefomgeving, de waterkwaliteit, het milieu en de privacy van bewoners.
In het bijzonder is het voor direct betrokken aanwonenden een gruwel om te moeten denken aanrecreatievaart in de ’s-Gravelandse Vaart. Zij hebben al te maken met een rechte, veel te drukke weg aan de voorzijde van hun woning en ook de weg aan de achterzijde (dus langs de Vaart) wordt te zwaar belast. Door gebrek aan enige handhaving geeft dit veel overlast. De (smalle) Vaart is voor de bewoners nog het enige kleine stukje relatieve rust dat zij ervaren.
Niet alleen de relatieve rust zal verdwijnen, ook de privacy komt ernstig in het geding als recreatievaart wordt toegestaan. Het recht op privacy is in vele wetten en verdragen vastgelegd. In Nederland maakt het zelfs onderdeel uit van onze Grondwet. P
Een concreet voorbeeld van het verlies van privacy voor de bewoners aan de ’s-Gravelandse Vaart, volgt hieronder. Veel huizen langs de ’s-Gravelandse Vaart hebben grote ramen aan de waterkant. Als recreatievaart werkelijkheid wordt, heeft dat tot gevolg dat boten vlak langs de ramen varen en als het ware door de woon- of eetkamer komen. Als bewoners bijvoorbeeld in ochtendjas zitten te ontbijten, is dat een zeer ernstige inbreuk op de privacy.
Duidelijk moge zijn dat er nog veel meer voorbeelden te geven zijn.
Recreatievaart toestaan heeft tot gevolg dat er grote schade aan funderingen van de veelal oude monumentale panden en aan de beschoeiingen van veel woningen kan ontstaan. Een zeer belangrijk gevolg is ook het verloren gaan van de huidige gebiedsinrichting van de Vaart waarvan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap – Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - aangeeft dat het een gebied is “met een zeer hoge cultuurhistorische waarde, uniek in Nederland”. Daarom is het gebied inclusief de Vaart, al in 1986 aangewezen als beschermd dorpsgezicht.
Via de aanwijzing van het beschermde dorpsgezicht dient bescherming plaats te vinden. De gemeente heeft de plicht om zorg te dragen voor de bescherming van de waardevolle elementen in het gebied, waaronder de Vaart. In het bestemmingsplan “Kern ’s-Graveland en Landgoederen” isdaarom een dubbelbestemming ‘Waarde – Cultuurhistorie’ (art. 22) opgenomen naast de bestemming ‘Water’ (art. 16).
De Stichting is van mening dat de overheid de verantwoordelijkheid heeft fatsoenlijk met de burger om te gaan en deze niet emotioneel, materieel en financieel te benadelen. De aanwonenden van de ’s-Gravelandse Vaart worden op alle drie van deze vlakken benadeeld:
Emotioneel -> De boten komen plotseling, letterlijk door hun achtertuin en veroorzaken daarmee onrust en overlast. Het beschermd dorpsgezicht verandert aanzienlijk (door de geplande beschoeiingen verandert de glooiende Vaart in een “kanaal”) en het gevoel van rust verdwijnt.
Materieel -> De boten veroorzaken golfslag die zeer schadelijk is voor de fundering van hun huizen.
Financieel -> De recreatievaart verlaagt de waarde van de huizen als gevolg van de onbetrouwbaarheid van de funderingen en de overlast, die naast de zware verkeersdruk aan de voorkant, nu ook aan de achterkant ontstaat.
De Stichting maakt zich ernstige zorgen over de gang van zaken rondom het project. Het is ronduit schokkend te constateren dat bewoners nooit betrokken zijn bij de plannen. Dat geldt ook voor de uitermate slechte informatieverstrekking aan beleidsmakers en beslissers. Daardoor ontbreken de nodige kennis en achtergrondinformatie die noodzakelijk zijn voor het maken van zuivere beslissingen. Ook de financiële raming rammelt aan alle kanten. In het Uitvoeringsprogramma Oostelijke Vechtplassen wordt nog uitgegaan van een bedrag van € 5,7 miljoen. In het inmiddels verschenenrapport “Funderingen ’s-Gravelandse Vaart” van Ingenieursbureau Witteveen+Bos van 25 september 2019, is dat bedrag opgelopen naar € 11 miljoen. Opmerkelijk is dat in beide hierboven genoemde rapporten op geen enkele wijze rekening is gehouden met bijvoorbeeld reserveringen voor schadeclaims van bewoners als gevolg van waardevermindering van de huizen door onder andere de onbetrouwbaarheid van de funderingen en het verlies van privacy.
Hieronder enkele concrete voorbeelden over de gang van zaken:
Bewoners aan de ’s-Gravelandse Vaart zijn niet betrokken bij het overkoepelende
Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen en het deelplan Vaarverbinding ’s-Gravelandse Vaart. De belangen van de voorstanders, te weten 21 ondertekenaars van het Gebiedsakkoord, zijn wel ruim vertegenwoordigd.
Een brief van de Gemeente van december 2018 waarin bewoners worden geïnformeerd overde “Vaarverbinding”, is door veel bewoners niet ontvangen.
In alle beschikbare documentatie over het Gebiedsakkoord wordt met geen woord gerept over de onderzoeksrapporten van Ingenieursbureau Witteveen+Bos. Dit bureau heeft in de jaren 2010 tot 2012 in opdracht van de Provincie Noord-Holland, het Waterschap en de Gemeente Wijdemeren, voor zover bekend bij de Stichting, 10 onderzoeksrapporten opgeleverd. In alle rapporten zijn zeer opmerkelijke en vooral negatieve conclusies te lezen over de gevolgen van recreatievaart.
In het verleden, periode 2010-2014, hebben de bewoners dus al eerder met dit plan te maken gehad. Destijds vanuit de Provincie Noord-Holland, de Gemeente Wijdemeren en hetWaterschap Amstel, Gooi en Vecht, onder de naam “Vaart in de Vaart”. Mede door detorenhoge kosten, negatieve effecten op natuur, milieu, waterkwaliteit, leefomgeving en grote weerstand onder de burgerij, heeft dit plan destijds geen doorgang gekregen.
Verschillende percelen zijn afkomstig uit de erfenis van Jonkvrouw Louise Digna Catharina Six (1862 – 1934). Zij heeft bij haar overlijden deze percelen geschonken aan de Vereniging Natuurmonumenten. Hierbij is door mevrouw Six testamentair onder andere het volgende vastgelegd: “Mijn bedoeling is zeer beslist dat uwe vereeniging zoowel het onroerende alshet roerende zooveel mogelijk in stand houdt.” De inrichting van de ’s-Gravelandse Vaart voor vaarverkeer is zeker niet de inrichting die mevrouw Six hiermee bedoelde. Het gebruik en herinrichten van de percelen (en water) van Natuurmonumenten en Waternet die uit deze erfenis komen, zijn hierdoor onacceptabel.
Langs het traject ’s-Gravelandse Vaart Noord loopt de N236. Hier heeft enige tijd terug een ingrijpende herinrichting plaatsgevonden waarbij kostbare faunapassages zijn gerealiseerd ter hoogte van het dorp Ankeveen. Deze faunapassages zijn, tot grote tevredenheid van vele natuurliefhebbers, een groot succes. Beschermde vissen, vogels en amfibieën maken hiervan gebruik en ook bijzondere planten komen er voor. Zelfs de otter heeft zich inmiddels hier laten zien (eerste waarneming in 2016)! Over de otter kort nog het volgende. De otter is een beschermde diersoort. Dat betekent dat dit dier niet alleen beschermd moet worden voor zaken die afbreuk doen aan het leefgebied, maar dat er ook een juridische verplichting is om actief het leefgebied van de otter te verbeteren. Om te benadrukken dat dit niet alleen mooie woorden zijn, verwijzen wij naar een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag in het arrest van 4 november 2014 inzake de Staat der Nederlanden tegen Das & Boom c.s. (Uitspraak bij ons op te vragen).
Kortom: het toestaan van recreatievaart en de hiermee veroorzaakte verstoring is een overtreding van de Wet Natuurbescherming en schaadt de doelstellingen voor Natura 2000- gebieden. Dat is onverenigbaar met het succes van de faunapassages en de daarin voorkomende dier- en plantensoorten. Ook dit kunt u teruglezen in de rapporten van Ingenieursbureau Witteveen+Bos.
In de rapporten van Ingenieursbureau Witteveen+Bos staat onder andere dat recreatievaart in de ’s-Gravelandse Vaart alleen realiseerbaar is wanneer de doelen van de Kader RichtlijnWater (KRW) worden verlaagd. In stukken van het Hoogheemraadschap staat: “Conformbeleidsafspraken wordt niet over gegaan tot doelverlaging”. Redenen voor eventuele doelverlaging dienen te liggen in de orde van: “groot maatschappelijk belang of handhaving van veiligheid”. Recreatievaart dient geen van deze doelen. Ook de negatieve effecten opaangrenzende KRW-waterlichamen is uitgebreid onderzocht en beschreven.
Al onze bezwaren tegen en grote zorgen over het project overziend, is naar onze mening een verwijzing naar de Algemene Wet Bestuursrecht gerechtvaardigd. Wij doelen in dit verband op artikel 3:2 van deze wet, dat stelt:
Een aanzienlijk aantal donateurs en steunbetuigers heeft zich inmiddels geschaard achter de bezwaren van onze Stichting. Kort na onze oprichting hebben we deur-tot-deur bezoeken afgelegd om te peilen hoe bewoners tegenover het beoogde plan van recreatievaart in de ’s-Gravelandse Vaart stonden. In eerste instantie hebben we ons gericht op de direct aanwonenden van de ’s- Gravelandse Vaart aan het Noorder- en Zuidereinde, de Emmaweg, de Cannenburgerweg en de Loodijk. Veel aanwonenden zijn tegen het plan. Natuurlijk zijn er ook voorstanders van het plan en zijn er aanwonenden die geen mening hebben. De stand per heden is als volgt:
"Bij de voorbereiding van een besluit vergaart het bestuursorgaande nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen.” Helaas hebben wij de Provincie Noord-Holland en met name ook de Gemeente Wijdemeren hier nog niet op kunnen betrappen.
Tot slot, onze inbreng in het aangepaste vervolgtraject. Dat onze Stichting grote bezwaren heeft tegen de huidige plannen laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Ook alternatieve vormen van recreatievaart in de ’s-Gravelandse Vaart zijn voor onsniet bespreekbaar. Want ook vaarmogelijkheden voor bijvoorbeeld alleen kano’s of roeiboten,vergen grote infrastructurele aanpassingen. Met alle nadelige gevolgen, zoals eerder in deze brief uitvoerig beschreven, van dien. Bovendien zouden we daarmee geen recht doen aan het mandaat dat we van onze donateurs en steunbetuigers hebben gekregen. Maar, we willen ook duidelijk maken dat we graag op een constructieve manier willen meedenken over alternatieven. Zeker, als het vervolgtraject van het plan wordt aangepast in de vorm zoals u dat binnenkort wilt voorstellen aan de Stuurgroep. Ons zal het dan vooral gaan om alternatieven die een positieve bijdrage gaan leveren aan de recreatieve impuls van het hele gebied ’s- Graveland/Kortenhoef. En dat kunnen allerlei alternatieven zijn: vaarroutes, wandel- en fietsroutes,meer recreatieve mogelijkheden voor de Loosdrechtse Plassen, de buitenplaatsen in ’s-Graveland meer openstellen voor wandelaars, etc.
5
Ruim 370 donateurs en/of steunbetuigers, Waarvan: 95 % tegen het plan,
3 % voor het plan,
2 % geen mening. Dat dit niet zomaar een paar verzonnen getallen zijn, heeft u met eigen ogen kunnen zien. Tijdens het gesprek op 24 september 2019 dat u met ondergetekende en enkele andere bestuursleden van onze Stichting had, heeft u inzage kregen in de map met contactformulieren van donateurs en steunbetuigers. U heeft toen ook kennisgenomen van de vele, veelal zeer kritische opmerkingen die aanwonenden op de contactformulieren hebben geschreven.
Vooruitlopend op een positief besluit van de Stuurgroep, zien we uit naar een constructieve samenwerking!